0651502560
Selecteer een pagina
Librela voor honden met gewrichtspijn – Wat je moet weten

Librela voor honden met gewrichtspijn – Wat je moet weten

Als je hond kreupel loopt door artrose of andere gewrichtspijnen, kan je dierenarts besluiten om je hond Librela te geven – een pijnstiller in prikvorm. Mijn hond kreeg dit helaas ook een paar keer vanwege gewrichtsklachten (artrose, spondylose). Dit onderzoek is net verschenen (2025) en ik schrok van de uitkomst hiervan. Dit middel brengt ernstige risico’s met zich mee, waaronder versnelde gewrichtsvernietiging en botbreuken. Hier de schokkende feiten op een rij.

1. Librela veroorzaakte 9x meer gewrichtsschade dan andere pijnstillers

Uit het onderzoek blijkt dat honden die Librela kregen, 9x vaker te maken kregen met:

  • Gescheurde pezen of ligamenten (bijvoorbeeld kruisbanden)
  • Botbreuken in zieke gewrichten
  • Septische artritis (gewrichtsontsteking door bacteriën)
  • Polyartritis (ontsteking in meerdere gewrichten tegelijk)

Ter vergelijking: bij honden die traditionele pijnstillers zoals Metacam of Rimadyl kregen, kwamen deze problemen nauwelijks voor. Als is Metacam ook geen wondermiddel en kan weer maagklachten veroorzaken!

2. Librela heeft in 4 jaar méér meldingen dan alle andere pijnstillers in 20 jaar

Sinds de introductie in 2021 zijn er in Europa 4.700 meldingen van spier- en gewrichtsgerelateerde bijwerkingen. Ter vergelijking:

  • Rimadyl (een veelgebruikte NSAID) kreeg in 20 jaar slechts 150-200 meldingen.
  • Librela’s meldingen overstijgen alle andere pijnstillers samen (over 20 jaar!) met een factor 3.

Dit betekent dat Librela in slechts 45 maanden 20x meer problemen veroorzaakte dan de meest gerapporteerde pijnstiller ooit.

3. Honden kregen binnen weken onomkeerbare gewrichtsschade

Het onderzoek beschrijft hartverscheurende cases:

  • Case 13: Een Staffordshire Bull Terrier zonder trauma-geschiedenis kreeg na Librela plots een gebroken elleboog en ernstige artrose. Het bedrijf achter Librela classificeerde dit foutief als “botkanker”. (zie bovenstaande foto).
  • Case 14: Een Labrador met milde elleboogdysplasie ontwikkelde na 16 Librela-prikken dubbele enkelfracturen.
  • Case 15: Een Engelse Bull Terrier kreeg binnen 3 weken na de eerste prik luxerende gewrichten (uit de kom) en ernstige artrose.

Deze honden hadden vooraf géén tekenen van zulke ernstige schade.

4. Experts: “Librela versnelt gewrichtsvernietiging”

Een panel van 18 specialisten (orthopedisch chirurgen, radiologen en onderzoekers) beoordeelde 19 gevallen. Unaniem concludeerden ze dat Librela de gewrichtsschade actief versnelde. Dit noemen ze RPOA (Rapidly Progressive Osteoarthritis) – een aandoening die bij mensen ook voorkomt bij vergelijkbare medicijnen.

“De schade was zo extreem dat het niet paste bij normale artrose. Dit kan alleen door het middel komen,” aldus de onderzoekers.

5. Fabrikant bagatelliseerde klachten

In 52% van de gevallen maakte de fabrikant (Zoetis) fouten bij het vertalen van meldingen:

  • Ernstige fracturen werden omschreven als “gezwollen gewricht”.
  • Een hond met botbreuken kreeg het label “hersteld” terwijl hij geëuthanaseerd moest worden.
  • Meldingen werden ten onrechte afgedaan als “overdosis”, terwijl de dosering correct was.

Dit roept vragen op over transparantie en betrouwbaarheid.

Wat nu?

Librela kan pijn verlichten, maar de risico’s zijn erg groot. Ik geef het mijn hond in ieder geval niet meer. Als orthomoleculair therapeut adviseer ik:

  1. Ga op zoek naar alternatieve behandelingen zoals laserbehandelingen, rood licht therapie of hydrotherapie.
  2. Kies voor bewezen natuurlijke middelen:
    • Omega-3 (uit visolie of groenlipmossel)
    • CBD-olie (pijnstilling zonder bijwerkingen)
    • Kurkuma (ontstekingsremmend)
  3. Laat bloedwaarden monitoren als je toch voor Librela kiest.

Conclusie

Librela is géén onschuldig wondermiddel. Het onderzoek toont aan dat het gewrichtsschade kan versnellen, met desastreuze gevolgen. Weeg de risico’s af, blijf kritisch, en kies waar mogelijk voor veiligere alternatieven. Want een kreupelende hond verdient beter dan een medicijn dat zijn gewrichten nog sneller sloopt.

Bron: Frontiers in Veterinary Science (2025). Musculoskeletal adverse events in dogs receiving bedinvetmab (Librela).

Twijfel je?

Stuur mij een bericht of overleg met een kritische dierenarts. Samen vinden we een oplossing die wél veilig is. 🐾


Vlooienmiddelen: gif uit de kraan – en hoe het anders kan

Vlooienmiddelen: gif uit de kraan – en hoe het anders kan

Soms lees je een bericht waar je even stil van wordt. Zoals het nieuws van het waterschap Rijnland: antivlooienmiddelen voor huisdieren blijken schadelijk voor onze waterkwaliteit. Terwijl we in de landbouw bepaalde gifstoffen verbieden om het milieu te beschermen, spoelen we via de hond in de sloot of het doucheputje tóch dezelfde stoffen het water in. Fipronil, imidacloprid – oftewel Advantage, Advantix, Seresto, Bolfo. Dus wat we niet op het land willen, belandt via onze trouwe viervoeters alsnog in het ecosysteem. Ironisch, toch?

We willen onze honden beschermen tegen vlooien en teken, maar vergeten soms wat die chemische middelen met de rest van de natuur doen. Insecten in het water leggen het loodje, vissen krijgen het zwaar, en uiteindelijk komt het gif via de kringloop weer bij ons terecht. Waterschap Rijnland noemt het een serieus probleem: “We doen ons best om het water schoner te maken, maar via de huisdieren komt het gif er toch in.” En dat is niet alleen een Noordwijks probleem, maar een landelijke kwestie.

Gelukkig zijn er alternatieven. Steeds meer hondeneigenaren kiezen voor natuurlijke oplossingen die vriendelijk zijn voor dier én milieu. En eerlijk is eerlijk: het vraagt soms wat meer aandacht, maar het is het waard. Een overzicht van natuurlijke opties:

Biologische appelazijn

Appelazijn is een klassieker onder de natuurlijke vlooienbestrijders. Je kunt een mengsel maken van biologische, troebele appelazijn (bijv. Voelkel) en water (verhouding 1:1) en dit in een sprayflacon doen. Lichtjes insprayen over de vacht – vooral bij de nek, schouders en staartaanzet – werkt afwerend tegen vlooien. Let op voor de ogen. Ook kun je een scheutje appelazijn toevoegen aan het badwater van je hond, of een vlooienkam in verdunde azijn dopen en daarmee de vacht uitkammen. Let op: gebruik geen pure (schoonmaak)azijn, en houd rekening met gevoelige huidjes. Dan kun je de appelazijn extra verdunnen met water.

Sommige mensen voegen zelfs een klein scheutje appelazijn toe aan het eten van hun hond. Niet iedere hond vindt dit lekker, maar het zuur uit appelazijn kan vlooien van binnenuit afweren en helpt bovendien bij honden die last hebben van maagzuur.

Fenegriekpoeder en kruidenmixen

Fenegriekpoeder is een bekend ingrediënt in natuurlijke vlooien- en tekenpoeders. Je mengt het eenvoudig door het voer van je hond. Het maakt je hond van binnenuit minder aantrekkelijk voor vlooien en teken. Er zijn speciale kruidenmixen verkrijgbaar met fenegriek, gist, hop en knoflook, die bijdragen aan een gezonde huid en vacht en zo ongedierte op afstand houden. Laat je hierin goed voorlichten, want fenegriek moet je niet toepassen wanneer je hond een auto-immuunziekte heeft en bijv. Apoquel of Prednison slikt.

Kokosolie

Kokosolie is een wondermiddel: zacht voor de huid, veilig voor je hond en effectief tegen vlooien en hun eitjes. Je kunt een beetje kokosolie tussen je handen wrijven en het vervolgens door de vacht masseren. Kokosolie werkt niet alleen afwerend, maar verzorgt ook de huid en helpt bij kleine wondjes of schilfers. Veel honden vinden het zelfs lekker om te eten, wat meteen de weerstand ondersteunt. Smeer je hond in voordat je gaat wandelen om te voorkomen dat je huis, meubels, muren enz. vies worden van het kokosvet.

Schapenvet bonbons met knoflook

Schapenvetbonbons met knoflook zijn populair als natuurlijk middel tegen vlooien en teken. Maar deze bonbons zou ik afraden omdat schapenvet verzadigd vet is en je hond hier vooral dikker van wordt. Knoflook is wel goed voor je hond. Knoflook bevat aliine, dat via de bloedbaan een geur afgeeft die parasieten afweert. Daarnaast dekt knoflook de melkzuurgeur van de huid af, waardoor vlooien en teken minder snel worden aangetrokken. Let wel: gebruik knoflook altijd in veilige, lage dosering, speciaal voor honden samengesteld.

Overige natuurlijke tips

  • Regelmatig kammen met een vlooienkam helpt om vlooien vroeg te signaleren en te verwijderen.
  • Het huis goed schoonhouden (stofzuigen, manden wassen) voorkomt een vlooienplaag.
  • Alleen behandelen als het echt nodig is – voorkom routinegebruik van chemische middelen.
  • Kijk voor meer tips op de website van Petra Driesen

We willen het beste voor onze dieren, maar ook voor de natuur waar we allemaal van afhankelijk zijn. Dus de volgende keer dat je naar die handige pipet grijpt, vraag je dan af: is het écht nodig? Of kan het ook anders? Met natuurlijke alternatieven houd je je hond én het water schoon. Soms begint milieubescherming gewoon bij de hond in je eigen huis.

Wil je meer weten over natuurlijke vlooien- en tekenmiddelen? Stuur me een berichtje.


Moet dat minder eiwit? Over oudere honden en hardnekkige gewoontes

Moet dat minder eiwit? Over oudere honden en hardnekkige gewoontes

De mythe van minder eiwit bij senioren

Gek eigenlijk, hoe hardnekkig sommige adviezen zich vastzetten in de hondenvoerwereld. “Oudere honden moeten minder eiwit!” Je hoort het in de verschillende Facebook hondengroepen, leest het op de zakken in de supermarkt, en zelfs sommige dierenartsen blijven het herhalen.

Het klinkt zorgzaam, bijna ouderwets:

“Doe maar rustig aan, ouwe jongen, niet te veel van het goede.”

Maar klopt het eigenlijk wel? Of is het gewoon een verhaal dat zichzelf blijft herhalen, als een refrein zonder melodie?

Waar komt dit idee vandaan?

Het idee dat seniorenhonden minder eiwit nodig hebben, stamt uit de jaren veertig. Toen werd gedacht dat eiwit de nieren zou belasten, gebaseerd op onderzoek bij ratten met nierfalen. Maar honden zijn geen ratten, en gezonde honden hebben een heel andere stofwisseling. Toch blijft het idee hardnekkig hangen, misschien omdat het zo vertrouwd klinkt. In de dierenwinkel wordt het met de beste bedoelingen gepresenteerd:

“Deze brok is speciaal voor senioren, met minder eiwit.”

Het is beleefd bedoeld, maar ergens klinkt het ook als: “U mag even een stapje terugdoen.” Alsof vitaliteit een privilege is dat je op oudere leeftijd weer moet inleveren.

Wat zegt de wetenschap?

Gelukkig zijn er inmiddels talloze studies die laten zien dat het juist andersom is. Oudere honden verliezen spiermassa, hun lichaam verwerkt eiwit minder efficiënt, en wat blijkt? Ze hebben méér eiwit nodig, niet minder.

Belangrijke onderzoeksconclusies:

  • AKC Canine Health Foundation (2023):
    De eiwitbehoefte bij senioren stijgt met wel 50%. Minder eiwit betekent meer spierafbraak en een lagere weerstand.
  • Gross et al. (2010), Small Animal Clinical Nutrition:
    Gezonde oudere honden ondervinden geen schade van een eiwitrijk dieet. Eiwitrestrictie versnelt juist het verlies van spiermassa en vermindert de levenskwaliteit.
  • AniCura (2024):
    Een eiwitrijk dieet heeft zelfs bij honden met beginnende nierproblemen geen nadelige effecten, zolang de eiwitten van hoge kwaliteit zijn.
  • Veterinary Practice (2021):
    “Eiwitrestrictie bij gezonde senioren is niet alleen onnodig, het kan zelfs schadelijker zijn dan bij jonge dieren.”

Waarom oudere honden juist méér eiwit nodig hebben

Naarmate honden ouder worden:

  • Verliezen ze spiermassa
  • Verwerken ze eiwit minder efficiënt
  • Hebben ze meer eiwit nodig om sterk en vitaal te blijven

Minder eiwit voeren betekent dat het lichaam van de hond uit zijn eigen spieren gaat snoepen. Het gevolg? Verlies van kracht, weerstand en levenslust. Dit kan zich uiten in:

  • Slappere spieren en minder uithoudingsvermogen
  • Slechtere wondgenezing
  • Meer vatbaarheid voor infecties en ziektes
  • Een minder actieve, minder blije hond

“Het staat op de verpakking, het wordt beleefd geadviseerd, en niemand die zich afvraagt waarom.”

Onderzoek laat zien dat seniorenhonden baat hebben bij voer met minimaal 25% dierlijk eiwit, afkomstig van hoogwaardige bronnen zoals kip, rund of zalm. Plantaardige eiwitten zijn vaak minder compleet en minder goed verteerbaar.

Wat betekent dit voor jouw hond?

Wil je dat jouw oudere hond vitaal blijft? Let dan hierop:

  • Kies voer met voldoende, hoogwaardige eiwitten
    KVV kan nog steeds als jouw hond dit goed verdraagt. Anders gekookt voer en als laatste een brokvoeding met minimaal 25% dierlijk eiwit is ideaal.
  • Vermijd goedkope plantaardige vulstoffen
    Soja en tarwe leveren minder essentiële aminozuren en belasten de spijsvertering.
  • Laat de nierfunctie jaarlijks controleren (seniorencheck)
    Beperk eiwit alleen op advies van een dierenarts bij bewezen nierproblemen (uit bloedonderzoek).
  • Let op spierbehoud en activiteit
    Een fitte senior blijft langer actief, vrolijk en gezond.

Conclusie

Dus de volgende keer dat iemand je vertelt dat je oudere hond minder eiwit moet, denk dan even aan die bak met seniorenvoeding. En vraag je af: doen we dit omdat het moet, of omdat het zo hoort? Want soms is het antwoord simpeler dan je denkt: gewoon goed kijken naar wat je hond echt nodig heeft. En dat is, volgens de wetenschap, juist méér – niet minder – van het goede.

Bronnen

  • Gross KL et al. (2010), Small Animal Clinical Nutrition, 5e editie.
  • AniCura (2024), onderzoek naar eiwitbehoefte en nierfunctie.
  • AKC Canine Health Foundation (2023), studie naar sarcopenie bij seniorenhonden.
  • Veterinary Practice (2021), review over eiwitbehoeften bij veroudering.

Wil je meer weten over voeding voor jouw senior hond? Stuur me een berichtje!


Vegan hondenvoeding: hype of science?

Vegan hondenvoeding: hype of science?

Wat is het toch met voedingstrends in hondenland? Zijn het de hippe verpakkingen? Voeding verrijkt met superfood? De groene beloftes? De gedachte dat je samen met je hond op een wortel kan knagen, terwijl je de planeet redt? Of is het gewoon de drang om alles wat je zelf doet, ook op je hond te projecteren? “Veganistisch of vegan is gezond voor mij, dus vast ook voor mijn hond!” Maar wacht even. Is dat wel zo? Of is vegan hondenvoer gewoon de ‘hype’ van deze tijd – een fenomeen dat iedereen napraat, zonder te weten wat het eigenlijk betekent?

amylase 2b-gen

Want laten we eerlijk zijn: een hond is geen kleine mensje. Hij draagt geen sokken, hij heeft geen Netflix-account, en hij maakt zich niet druk om de nieuwste superfood. Maar… hij heeft wel een gen. Een bijzonder gen. Het amylase 2b-gen (AMY2B), om precies te zijn. Klinkt als een codewoord uit een sciencefictionfilm, maar het is gewoon biologie. Dankzij dat gen kunnen honden – in tegenstelling tot hun voorouders, de wolven – zetmeel uit planten veel beter verteren. Sommige honden hebben er zelfs wel achttien kopieën van, anderen maar vier. Een soort interne loterij: “Gefeliciteerd, jouw hond mag extra vaak naar de aardappelboer!” Maar… betekent dat ook dat je hond zonder problemen volledig vegan kan eten?

Hond + wortel = gezond

De realiteit is genuanceerder. Het is niet zo simpel als: “Hond + wortel=gezond.” Honden zijn omnivoren, dat klopt. Ze kunnen voedingsstoffen uit zowel dierlijke als plantaardige bronnen halen. Maar – en dit is een grote maar – hun voedingsbehoeften zijn niet hetzelfde als die van mensen en iedere hond is anders. Dierlijke eiwitten zijn van nature compleet: ze bevatten alle essentiële aminozuren die een hond nodig heeft, zoals (taurine en) methionine. Plantaardige eiwitten missen vaak één of meerdere van die bouwstenen. Je moet dus slim combineren en aanvullen en niet zomaar zelf wat bonen, rijst en een snufje liefde in de bak gooien. Fabrikanten voegen ze vaak (chemisch) toe (niet altijd!). En dan hebben we het nog niet eens over vitamine B12, vitamine D en calcium – voedingsstoffen die vooral in dierlijke producten zitten.

Succesverhalen

En dan zijn er de succesverhalen. Honden met allergieën die opknappen van vegan voer. Minder jeuk, mooier vachtje, blije baas. Of honden met leishmaniose of nierproblemen, die juist baat hebben bij een purinearm, plantaardig dieet. En niet te vergeten de ecologische pootafdruk. Maar er zijn ook valkuilen en uitdagingen. Plantaardige vetzuren worden minder efficiënt omgezet, en niet iedere hond haalt uit bonen en granen wat hij nodig heeft. Tekorten sluipen erin als je niet oplet. Te weinig essentiële aminozuren, een te hoge pH in de urine, of gewoon een hond die z’n neus ophaalt voor linzenstoof.

Wat is wijsheid?

Dus, wat is wijsheid? Gebruik je zintuigen. Oftewel: kijk, luister, voel, proef (nou ja…). Observeer je hond. Is hij fit, energiek, glanst zijn vacht, plast (en poept) hij normaal? Mooi. Maar twijfel je? Raadpleeg een (orthomoleculair) hondenvoedingsdeskundige. Want vegan hondenvoer is geen magisch woord, geen lege kreet, geen wondermiddel. Het is wetenschap én een beetje fingerspitzengefühl. En soms, heel soms, is het gewoon een kwestie van proberen, meten en bijsturen.

Meer informatie?

Wil je weten of deze voeding bij jouw hond past? Stuur me een berichtje.


Feit of Fabel: “Is je hond te dik? Gewoon 25% minder voeren!”

Feit of Fabel: “Is je hond te dik? Gewoon 25% minder voeren!”

Wat is dat toch met fabels die zich vastbijten in hondenland? Alsof ze op een regenachtige zondagmiddag zijn uitgevonden door een stel verveelde baasjes, met een kop koffie in de hand en een hond aan hun voeten die net iets te veel op een worst lijkt. “Is je hond te dik? Gewoon 25% minder voeren!” Alsof het zo simpel is. Alsof je bij je eigen koelkast een briefje hangt: ‘Vanaf nu 25% minder, succes!’ en je buik spontaan begint te krimpen. 🫣

Magische 25%

Maar goed, laten we het beestje bij de naam noemen. Want het is geen feit, maar waar komt die magische 25% eigenlijk wel vandaan? Wie heeft ooit besloten dat een kwart minder brokjes hét wondermiddel is? En waarom voelt het zo lekker daadkrachtig om gewoon de maatbeker een stukje lager te vullen? Misschien omdat het makkelijk klinkt. Je hoeft niet na te denken over ingrediënten, beweging, tussendoortjes of de smeekblikken van je hond. Gewoon – hup – een kwart eraf. Klaar.

Afbraak of opbouw

Alleen, zo werkt het dus niet. Tenminste, niet zonder risico’s. Want wat gebeurt er als je zomaar 25% minder voert? Juist: je hond krijgt óók 25% minder van álle belangrijke voedingsstoffen binnen. Minder eiwitten, minder vitaminen, minder mineralen. En dat terwijl zijn of haar lijf die juist hard nodig heeft, zeker als hij moet afvallen. Te weinig voedingsstoffen? Dan gaat het lichaam spieren afbreken in plaats van vet, en dat is nu net níet de bedoeling.

laat het motortje draaien

En dan hebben we het nog niet eens over de kwaliteit van het voer. Want het draait niet alleen om de hoeveelheid, maar vooral om wat er in de bak ligt. Een hond die veel eiwitten, veel vezels en weinig koolhydraten eet, raakt sneller verzadigd, verbrandt meer vet en behoudt zijn spiermassa. Met andere woorden: het motortje blijft draaien, maar dan op de juiste brandstof.

Wat is de juiste voeding voor jouw hond?

Dus, wat dan wél? Neem de huidige voeding onder de loep. Wat zijn voor jouw hond de juiste verhoudingen eiwit, vet, vezels en koolhydraten? Ga nooit zomaar onder die 25% zitten zonder overleg met een hondenvoedingsdeskundige. Oh ja, en vergeet ook zeker die tussendoortjes niet: een blokje kaas, stukje worst even die laatste restjes van het bakje kwark leeg likken. Het telt allemaal net zo hard mee!

Slimmer voeren

Kortom: afvallen is geen kwestie van ‘gewoon minder’, maar van slimmer voeren. Kwaliteit boven kwantiteit, en altijd met een beetje gezond verstand. Want een gezonde hond, dat is pas écht genieten.

Help!

Wil je hulp bij het weer op gewicht brengen van jouw hond? Neem contact met mij op en ik help je trouwe viervoeter op een gezonde manier weer terug op gewicht komen.

Van Darmen naar Gedrag: Het effect van Giardia op het gedrag van je Hond

Van Darmen naar Gedrag: Het effect van Giardia op het gedrag van je Hond


In de orthomoleculaire therapie spreken we niet van “je bent wat je eet”, maar “je bent wat je verteert”. Wist je dat “je denkt zoals je darmen werken” net zo waar is? 🧠🐾 De gut-brain axis – oftewel de verbinding tussen darmen en hersenen – speelt een cruciale rol in het gedrag van jouw hond. Vooral na een darminfectie, zoals Giardia, kan deze balans flink verstoord raken. Dit kan zich uiten in prikkelbaarheid, angstig gedrag of zelfs agressie. Maar hoe werkt dat precies? En belangrijker nog: wat kun je eraan doen?


De Darmen als Tweede Brein

De darmen bevatten miljoenen zenuwcellen en zijn direct verbonden met de hersenen via de nervus vagus. Dit betekent dat wat er in de darmen gebeurt, direct invloed heeft op het gedrag en de emoties van je hond.

Gezonde darmen = een evenwichtige hond
Verstoorde darmen = stress, angst en gedragsproblemen

Een gezonde darmflora produceert neurotransmitters zoals serotonine en dopamine, die zorgen voor een stabiele gemoedstoestand. Maar bij honden die een parasitaire infectie zoals Giardia hebben gehad, kan dit evenwicht verstoord raken. Dit heeft niet alleen fysieke gevolgen (zoals diarree en spijsverteringsproblemen), maar ook mentale en gedragsmatige effecten.


Van Giardia naar Gedragsproblemen

Giardia is een hardnekkige parasiet die het darmstelsel flink ontregelt. Maar zelfs als de parasiet weg is, kunnen de gevolgen nog maandenlang merkbaar blijven.

🚨 Mogelijke gedragsveranderingen na Giardia:
❌ Onverklaarbare angst of prikkelbaarheid
❌ Verhoogde stressreacties (snel schrikken of blaffen)
❌ Verminderde focus en leervermogen
❌ Agressie naar andere honden of mensen

Waarom gebeurt dit? Giardia beschadigt de darmwand, wat kan leiden tot een leaky gut (lekkende darm). Hierdoor komen toxines (giftige stoffen) en onverteerde eiwitten in de bloedbaan terecht, wat het immuunsysteem activeert en ontstekingen in het lichaam en de hersenen kan veroorzaken. Dit kan direct het gedrag van je hond beïnvloeden.


Wat Kun Je Doen? Holistische Aanpak voor Herstel

Gelukkig is herstel mogelijk! Door de darmen en het zenuwstelsel te ondersteunen, kun je je hond helpen weer in balans te komen.

1. Herstel de darmflora

  • Start met het creëren van rust in de darmen: GOEDE voeding en dat is rauwe voeding.

2. Ga naar een hondenvoedingspecialist of liever orthomoleculair therapeut voor honden voor advies!

3. Ga naar een dierenarts voor een gastro-intestinaal bloedonderzoek!

  • Laat vitamine B12 testen en zink. Als de darmwand is aangetast, betekent dit 9 van de 10 keer dat de opname van B12 (en zink) ook is verstoord. Zeker wanneer je een Duitse herder of Australian Shepperd hebt. Die kunnen een sowieso een aangeboren (erfelijke) malabsorptie van B12 hebben.

Waarom stopt het stappenplan hier?

Omdat het zo ontzettend belangrijk is dat jouw hond de juiste voeding krijgt die bij jouw hond past en daarbij de juiste supplementen. Hier gaat zoveel mis. Darmen moeten zorgvuldig en rustig hersteld worden. Ga je te snel of gooi je meteen vanalles in je hond, dan kan het juist nog meer schade opleveren. Met alle gevolgen van dien.


Wat doe je vooral niet!!

🚨 Er worden, waarschijnlijk goedbedoeld, zoveel verkeerde adviezen gegeven die zo mogelijk nog schadelijker zijn voor jouw hond. Ik noem er een aantal:
❌ Probiotica: ten eerste wil je geen levende bacteriën stoppen in een hond die al gevoelige darmen heeft en ten tweede is het weggegooid geld, want als jouw hond een lekkende darm heeft, lekken die (vaak dure) bacteriën door de darmwand naar plaatsen in het lichaam waar je ze juist niet wilt hebben.
❌ Veendrenkstof: iedereen stopt te pas en te onpas veendrenkstof in een hond, maar wist je dat veendrenkstof ook de opname van mineralen en vitamines kan beïnvloeden?
❌ Zelf dokteren: dit bedoel ik niet om mijn eigen portemonnaie te spekken of die van andere orthomoleculaire therapeuten en hondenvoedingspecialisten, maar om jouw portemonnaie te sparen. Voor iedere hond met een dergelijk darmprobleem geldt een protocol op maat. Dit heeft te maken met de historie van de hond (we gaan zelfs terug naar de moederteef), hoe ernstig de aandoening is, overige symptomen enz.
❌ Koolhydraten geven: dat betekent stoppen met brokken en ook snacks. Dus geen stukje worst, geen stukje kaas, geen hondenkoekje.


Waarom gebeurt dit?

Giardia (en Panacure of andere medicatie) beschadigt de darmwand, wat kan leiden tot een leaky gut (lekkende darm). Hierdoor komen toxines (giftige stoffen) en onverteerde eiwitten in de bloedbaan terecht, wat het immuunsysteem activeert en ontstekingen in het lichaam én de hersenen kan veroorzaken. Dit kan direct het gedrag van je hond beïnvloeden.Conclusie: Gedrag Begint in de Darmen

Als je hond plotseling gedragsproblemen vertoont, is het goed om ook naar zijn spijsvertering en darmgezondheid te kijken. Het is geen toeval dat zoveel honden na een infectie zoals Giardia gedragsveranderingen laten zien. Door de darmen te ondersteunen met de juiste voeding, supplementen en rust!, kun je niet alleen de fysieke gezondheid van je hond verbeteren, maar ook zijn mentale welzijn en gedrag.

💬 Heeft jouw hond last gehad van Giardia en merkte je daarna gedragsveranderingen? Neem contact met me op voor een passend advies! 🐶👇